Stadsherstel Historisch Rotterdam ambassadeur van Rotterdams erfgoed
  • Blijf op de hoogte van het actuele nieuws, huuraanbod en projecten van Stadsherstel Historisch Rotterdam via onze nieuwsbrief.

rijksmonument

Henkespand Voorhaven 17-33, Historisch Delfshaven

Op 23 oktober 1824 richtten Johannes Hermanus Henkes, Arie de Jong en Gerke d’Arnaud Gerkens een jeneverdistilleerderij aan de Voorhaven in Delfshaven op en gaven het de naam “De Ooijevaar”.
De distilleerderij werd gevestigd in een oude branderij, die tezamen met de ketels en andere installaties kort voor de oprichting was aangekocht. Voor het malen van de gerst, dat als grondstof voor het maken van jenever diende, maakten de distilleerders gebruik van de windmoutmolen “De Distilleerketel”, welke nog steeds in Historisch Delfshaven staat.

De Ooijevaar werd opgericht in een tijd waarbij de jeneverindustrie aan het herstellen was van de economische crisis gedurende de Franse Tijd. Ondanks de moeilijke tijd groeide het bedrijf snel, breidde het in 1827 uit met een derde distilleerketel en was het in 1850 het eerste bedrijf in Delfshaven dat gebruik maakte van een stoommachine voor het aandrijven van de machines en installaties. In 1852 kwam de distilleerderij door het overlijden van Gerkens en een eerder vertrek van de Jong in volledig eigendom van Henkes. In de jaren ’50 en ’60 van de 19e eeuw liet hij de oude gebouwen stapsgewijs vervangen door het huidige distilleerderijgebouw, dat in 1867 geheel gereed kwam en tegenwoordig dus het Henkespand wordt genoemd. Op de fraaie voorgevel van het nieuwe onderkomen liet hij naast het bouwjaar en zijn eigen naam ook het symbool van zijn bedrijf aanbrengen; de ooievaar. Op de voorgevel van het pand prijken ook trots een aantal medailles, die verwijzen naar de vele prijzen die Henkes met zijn producten won tijdens zijn deelnames aan vele tentoonstellingen over de gehele wereld.

Eind jaren ’50 werd duidelijk dat om de oude distilleerderij aan de Voorhaven in bedrijf te houden een forse investering nodig was; het gebouw vertoonde namelijk duidelijke ouderdomsgebreken en was bovendien te klein geworden, wat een dure uitbreiding noodzakelijk maakte. Uiteindelijk kwam de beslissing om in Hendrik-Ido-Ambacht een nieuw gebouw te laten bouwen en de oude distilleerderij te verlaten in 1968.

Na het vertrek van Henkes uit de oude distilleerderij kwam het in eigendom van de gemeente Rotterdam, die het pand verbouwde voor het huisvesten van kunstateliers. In september 1973 werd het statige Henkespand opgenomen in het register van rijksmonumenten. De gemeente had echter moeite het monument te verhuren en er ontstond een behoorlijke mate van achterstallig onderhoud. In 1992 heeft Stadsherstel het pand gekocht met een restauratieverplichting. De restauratie en herbestemming werd begeleid door architect Peer Houben en in 1993 werd het gerestaureerde Henkespand opgeleverd. In het complex zijn winkels, kantoorstudio’s, cafe-restaurant, een balletstudio en een woonhuis gerealiseerd. Er is plaats gemaakt voor 14 parkeerplaatsen (achterzijde) op eigen terrein. Het café-restaurant heeft het niet gered en dit deel van het pand is momenteel in gebruik als kantoorruimte.